Van strijd naar veerkracht: Mijn reis naar herstel

Heel mijn jeugd had alles van een strijd. Als kind voelde ik me anders. Een dekseltje waarvan het potje ver zoek was. Overgevoelig voor licht, geluid, onverwachte veranderingen en omgaan met emoties was ook al niet bepaald mijn dada. Sociale interacties voelden als het doorkruisen van een mijnenveld. Eén foute stap en… BOEM!

Ik snapte niet waarom mensen dingen deden zoals ze ze deden. Ik dacht, deed en voelde alles op een andere manier dan de meeste mensen in mijn omgeving. Zelfs mijn eigen broers en zusters waren daardoor op een bepaalde manier vreemden voor mij. Pogingen om ergens bij te horen liepen bijna altijd op niets uit of ontspoorden omdat ik er veel te ver in ging.

Op mijn veertien gebeurde iets wat mijn wereld nog verder op zijn kop zette: mijn vertrouwen werd zwaar misbruikt door die ene persoon die ik toegelaten had achter mijn verdedigingslinie van dikke betonnen muren. Het beschadigde me op manieren die ik toen niet kon beseffen. Het versterkte mijn gevoel dat ik nergens nog veilig was – zelfs niet bij mezelf. Dat ik beter de poorten in mijn bijna ondoordringbare muur ook kon dicht metselen.

Vanaf dat moment ging het nog sneller bergafwaarts. Ik probeerde de pijn, de verwarring en het gevoel van ‘anders-zijn’ te verdoven. Eerst met alcohol, later met harddrugs. Gebruiken werd mijn manier om te ontsnappen. Om even niet te hoeven voelen dat alles in mijn wereld zo overweldigend, verwarrend en angstaanjagend was. Helaas bracht de verslaving op lange termijn nog meer duiveltjes op mijn pad: schuld, schaamte, gebroken relaties, en vooral een gevoel van steeds verder afdrijven.

Ik heb in mijn leven talloze therapieën doorlopen. Traumaverwerking, verslavingszorg, groepssessies – je kunt het zo gek niet bedenken of ik heb het geprobeerd. Maar het voelde vaak alsof niemand écht snapte wat er met mij aan de hand was. Er werden woorden gegeven aan mijn trauma, aan mijn verslaving, maar nooit aan dat knagende, onderliggende gevoel van ‘anders zijn.’

Op mijn33e kwam dan eindelijk ook een antwoord op die vraag. Het beestje kreeg de naam A.S.S.

Na mijn diagnose begon ik beetje bij beetje ook te ‘leven’ i.p.v. het overleven dat ik heel mijn leven al gewend was. En kon eindelijk op een positieve manier beginnen timmeren aan het tweede deel van mijn leven.

De verslaving had ik 33 jaar geleden al achter me gelaten, maar nu kreeg ik de kans om écht te helen. Merkte dat ik mijn verleden – hoe zwaar ook – kon gebruiken om anderen te helpen. Mensen die in dezelfde duisternis zitten waarin ik jarenlang had rondgedoold. Ervaringsdeskundige worden in de GGZ voelde als een logische stap. Mijn eigen worstelingen, diagnoses, trauma’s: alles wat ooit mijn last was, werd nu mijn kracht.

Als ervaringswerker ben ik niet alleen mijn verhaal, maar ook een luisterend oor, bondgenoot, iemand die weet hoe het voelt om te vechten tegen jezelf en tegen een wereld die je niet begrijpt. Ik zie mezelf dikwijls terug in de mensen waar ik mee werk, en probeer hen te geven wat ik zelf zo hard nodig had: (h)erkenning, hoop, begrip en vooral de boodschap dat het nooit te laat is om een nieuw begin te maken.

Mijn draai vinden in dit werk heeft me laten zien dat mijn verleden niet alleen maar een bron van pijn en verdriet hoeft te zijn. Het heeft mij geleerd dat zelfs de donkerste periodes van je leven betekenis kunnen krijgen. Ik ben niet meer de jongen die vastzat in zijn eigen hoofd, niet meer de man die zichzelf probeerde te verdoven. Ik ben tegenwoordig iemand die veerkracht heeft gevonden in zijn kwetsbaarheid.



Plaats een reactie